U bent hier: Home - Risico's - Elektrocutie

Printvriendelijke versie

 
 
 

Elektrocutie en verbranding




Elektriciteit is de belangrijkste energiebron voor licht, beweging, warmte en signalen op de bouwplaats. Bij elektriciteit denken we niet meer aan gevaar en soms gaan we er routinematig mee om. Werken met elektriciteit is gevaarlijk wanneer de veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden. Gevaar ontstaat ook als gereedschap aangepast of gerepareerd wordt door iemand anders dan een deskundige monteur.

Het in contact komen met elektriciteit kan op twee manieren plaatsvinden:
  • aanraking van delen die stroom voeren (bijvoorbeeld bovengrondse leidingen);
  • aanraking van delen die door een defect onder spanning staan.

De gevolgen hiervan kunnen verschillend zijn:
  • stroomdoorgang door het lichaam met brandwonden en zelfs elektrocutie tot gevolg;
  • secundaire ongevallen (bijvoorbeeld vallen van hoogte door een schrikreactie);
  • brand/explosie (bijvoorbeeld door overbelasting, verhitting, kortsluiting).


Welke beroepen hebben kans op elektrocutie?
Het kan voorkomen bij de:

Blokkensteller - ruwbouw
Bodemsaneerder
Elektricien (monteur cai, telecommunicatie)
Lasser
Loodgieter
Monteur CV en klimaatbeheersing
Monteur onderhoud machines
Rioolreparateur
Sloper
Spoorlegger
Timmerman (nieuwbouw)
Timmerman (onderhoud, renovatie, restauratie)
Timmerman – metselaar
Voeger (nieuwbouw, renovatie, restauratie)
Wegmarkeerder


Wat zegt de wet- en regelgeving?



Wettelijke verplichtingen

Arbobesluit: Artikel 3.4 Elektrische installaties
  • Elektrische installaties zijn zodanig ontworpen, ingericht en onderhouden dat een veilig gebruik van elektriciteit zo goed mogelijk is gewaarborgd. Er zijn doeltreffende maatregelen genomen tegen gevaar van brand, ontploffing, directe en indirecte aanraking en te dichte nadering.

Arbobesluit: Artikel 3.5 Elektrotechnische, bedienings- en andere werkzaamheden aan of nabij een elektrische installatie
  • Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door deskundige, voldoende onderrichte en daartoe bevoegde werknemers. een ruimte met een elektrische installatie voor hoogspanning waarvan de delen niet of onvoldoende zijn beschermd tegen directe of indirecte aanraking, wordt alleen betreden in aanwezigheid van een tweede daartoe bevoegde persoon.

Arbobesluit: Artikel 3.29 Elektrische installaties en leidingen
  • Voor bouwplaatsen zijn er aanvullende voorschriften met betrekking tot elektrische installaties en leidingen . Zo moet duidelijk zijn aangegeven waar de apparatuur is gesitueerd en moeten maatregelen genomen worden ter voorkoming van het in aanraking komen met leidingen en dergelijke bij het uitvoeren van werkzaamheden. Bij de beoordeling van de noodzakelijke veiligheidsmaatregelen is het bronbeleid uitgangspunt. Dat wil zeggen dat, wanneer elektrische leidingen stroomloos gemaakt kunnen worden, hier de voorkeur naar uitgaat boven andere beschermde maatregelen.

Arbobesluit: Artikel 4.8 Ontplofbare stoffen
  • Nadere uitwerking van deze regelgeving is opgenomen in onder andere NEN-bladen. Voor laagspanningsinstallaties zijn vooral de NEN 1010 (Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties) en 3140 (Laagspanningsinstallaties, bepalingen voor veilige werkzaamheden, inspecties en onderhoud) belangrijk.


Cao voor de Bouwnijverheid
  • Artikel 56 Vergoeding werkkleding en gereedschap bouwplaatswerknemers.
  • Artikel 70b Bijzondere veiligheids- en arbobepalingen bouwplaatswerknemers lid 4, 13 en 14.
  • Artikel 70c Bijzondere veiligheids- en arbobepalingen uta-werknemers lid 5.


Meer informatie
 
   
   
 

Download gehele risico als PDF

 
 
 

< terug naar vorige pagina