U bent hier: Home - Beroepen - Spoorlegger - Klimaat

Printvriendelijke versie


Klimaat


Slechte weersomstandigheden als regen en mist verhogen bij doorgaand treinverkeer de kans op aanrijdingen (slechter zicht en geringer geluidsvoortplanting) en de kans op elektrokutie (vochtige omstandigheden). Slechte weersomstandigheden en onoverzichtelijke situaties leiden tot een hogere belasting van de veiligheidsman. Onderhoudswerk wordt bij regen en mist meestal uitgesteld; gepland nachtwerk gaat echter altijd door. Om technische redenen wordt bij vorst niet gewerkt. Het verrichten van zwaar lichamelijk werk in slechte weersomstandigheden (kou, tocht, vocht) kan oorzaak zijn van veel klachten met betrekking tot het bewegingsapparaat. Zo’n 50% van de spoorleggers heeft last van warmte, koude en temperatuurswisselingen.

De meeste klachten gaan over:
  • Koude
  • Temperatuur wisselingen
  • Warmte


Te nemen maatregelen:

Collectieve maatregelen
  • Verstrek beschermende kleding passend bij het seizoen.
  • Bij regenachtig en kil weer katoenen kleding met polyurethaan-coating.
  • Bij winters weer een katoenen winterpak (niet geschikt bij nat weer).
  • Maak afspraken met uw werknemers over wanneer er bij wind, regen en kou nog wel en wanneer er niet wordt gewerkt.

Individuele maatregelen
  • Draag een goed sluitende overall.
  • Stem de werkkleding af op het weer om uw lichaam tegen tocht, kou en regen te beschermen.

Wat zegt de wet- en regelgeving?
Meer informatie
   
   
 

Download gehele beroep als PDF

 
 
 

< terug naar vorige pagina