|
Onveiligheid
Tijdens het werk zijn er diverse factoren die de veiligheid in gevaar kunnen brengen.
De lasser kan bij diverse bewerkingen kunnen wegspringende delen of metaalsplinters (oog-) letsel veroorzaken. Daarnaast kan de lasser struikelen over de rommel op de vloer of over snoeren en leidingen. Letsel is mogelijk doordat hij uitglijdt over een gladde vloer. Door de straling en wegspringende druppels of vonken kan het lassen leiden tot verbranding en letsel. Hierbij lopen de huid en de ogen gevaar. Werken met elektriciteit tijdens het lassen kan leiden tot elektrocutie als dit in een vochtige werkomgeving plaatsvindt. Werken met gassen kan brand of een explosie veroorzaken. Bij het werken op locatie bestaat soms de kans op vallen van hoogte.
Het belangrijkste risico is:
- Elektrocutie en verbranding
Te nemen maatregelen:
Bronmaatregelen
- Zorg dat het gereedschap en de lasapparatuur zijn voorzien van de vereiste beveiligingen; zorg dat deze ook worden gebruikt.
Collectieve maatregelen
- Zorg dat het gereedschap en de machines tenminste één maal per jaar worden gekeurd.
- Tref de vereiste voorzorgsmaatregelen in verband met het werken met gas(-sen); zet de flessen vast, bescherm deze tegen hitte en koude, controleer regelmatig de slangen en aansluitingen, gebruik slangen van de juiste kleur, vervang ze bij slijtage of beschadiging en gebruik een vlamdover tegen vlamterugslag.
- Scherm laswerkplekken in de werkplaats af met lasschermen.
- Zorg dat de werkplek bij het werken op locatie veilig is; zet de randen af, leg de sparingen dicht en ruim de rommel op.
- Zorg voor een goede veiligheidsinstructie.
- Verstrek de noodzakelijke beschermingsmiddelen afgestemd op de risico's:
- veiligheidsschoenen (NEN-EN 345 voorzien van S3-codering).
- een gelaatsscherm of veiligheidsbril.
- een overall met lange mouwen.
- werkhandschoenen.
- valbeveiliging bij het werken op hoogte en zondig een veiligheidshelm (NEN-EN 397).
- Zorg bij laswerk voor de daarbij noodzakelijke beschermingsmiddelen:
- een laskap of lashelm met op de straling afgestemde glazen.
- een lasoverall.
- hals- en keelbescherming.
- lashandschoenen.
Individuele maatregelen
- Gebruik het gereedschap en de machines volgens de voorschriften.
- Houd de werkplek vrij van rommel, obstakels en gladde vloeistoffen.
- Controleer regelmatig de veiligheid van het gereedschap en de machines. Vervang gereedschap direct als het beschadigd is. Dit geldt ook voor niet goed functionerende beveiligingen en gehavende kabels en gasslangen.
- Regel (wanneer u werkt op locatie) het afzetten van de randen en het dichtleggen van de sparingen.
- Gebruik de voorgeschreven beschermingsmiddelen.
|
|