U bent hier: Home - Beroepen - Gevelmonteur / gevelbekleder - Onveiligheid

Printvriendelijke versie


Onveiligheid


De werkomstandigheden van de gevelmonteur kenmerken zich door het werken op hoogte waardoor de kans op vallen aanwezig is. Het werken vanaf een open verdiepingsvloer waarbij de gevel in verband met de te plaatsen gevelelementen in zijn geheel open en/of niet beveiligd is een vaak voorkomend risico. Onvoldoende beveiliging van sparingen, of werk op ladders en steigers en het onvoldoende gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen zijn belangrijke knelpunten.

Het belangrijkste risico is:
  • Werken op hoogte


Te nemen maatregelen:

Bronmaatregelen
  • Het inzetten van een hoogwerker is maatwerk en moet zorgvuldig worden gepland en voorbereid.
  • Zorg voor een goede, veilige bouwplaatsinrichting, toegang tot de werkplekken, houd deze netjes en vrij van obstakels, geen rondslingerend afval, snoeren of gereedschap.

Collectieve maatregelen
  • De bediening van de hoogwerker moet worden overgelaten aan personen die daartoe correct zijn geïnstrueerd en zijn opgeleid. De voorlichting en instructie in het bedrijf dient afgestemd te zijn op de hoogwerker die wordt ingezet en de werkzaamheden die worden uitgevoerd. Tijdens het uitvoeren van het werk dient de werkgever controle te houden op het juist gebruiken van de hoogwerker en eventueel corrigerend op te treden. Houd hierbij rekening met anderstaligen.
  • Zorg bij werken op hoogte voor afdoende collectieve maatregelen tegen het valgevaar; leuningen laten aanbrengen op steiger- en vloerranden.
  • Leg vloeropeningen dicht, beveilig randen van vloeren en trapgaten (zie AI-blad nr. 16).
  • Gebruik licht, multifunctioneel klimmaterieel (ladders), (voldoen aan NEN 2484 ‘ Draagbaar klimmaterieel’ en voorzien van CE-keurmerk), ladders periodiek inspecteren.
  • Zorg voor een goede veiligheidsinstructie voor de ploeg; zie toe op naleven van de voorschriften.

Individuele maatregelen
  • De beoordeling van de hoogwerker dient voor elk gebruik te geschieden door de gebruiker volgens aanwijzing van de machineleverancier.
  • Zorg voor een veilige en stabiele plaatsing van ladders.
  • Gebruik het materieel en de hulpmiddelen volgens de voorschriften.
  • Controleer regelmatig de veiligheid van de apparatuur en het gereedschap; vraag in geval van niet goed functionerende beveiligingen of beschadigde kabels, en dergelijke om vervanging.
  • Verstrek / gebruik de noodzakelijke beschermingsmiddelen afgestemd op de risico’s op het project.


Arbovriendelijke hulpmiddelen voor de steigerbouwer met betrekking tot veiligheid

Wat zegt de wet- en regelgeving?
Meer informatie
   
   
 

Download gehele beroep als PDF

 
 
 

< terug naar vorige pagina