TrillingenBijna de helft van de betonboorders meldt klachten over trillingen. Zowel lichaamstrillingen als hand-armtrillingen (49%) komen voor. De betonboorder wordt zo nu en dan blootgesteld aan lichaamstrillingen, zoals bij het geleiden van de apparatuur. Ook wordt hij zittend op de zaagmachine aan trillingen blootgesteld. De duur van de blootstelling is meestal beperkt. Toch kunnen lichaamstrillingen op termijn leiden tot het ontstaan van rugklachten. De grenswaarde voor lichaamstrillingen van 1,15 m/s² over een achturige werkdag mag niet worden overschreden, maar de betonboorder wordt met name blootgesteld aan hand-armtrillingen. Blootstelling aan hand-armtrillingen komt voor tijdens bijvoorbeeld sloopwerkzaamheden. Hierbij wordt met een pneumatische hakhamer, een handboor of een handzaagmachine gewerkt. Vooral bij het werken met een hakhamer kan gemiddeld over een werkdag de grenswaarde worden overschreden. De grenswaarde van 5 m/s² over een achturige werkdag mag niet worden overschreden. Op termijn kunnen hand-armtrillingen leiden tot gewrichtsschade en schade aan handen en vingers. Het belangrijkste risico is:
Te nemen maatregelen: Bronmaatregelen
Collectieve maatregelen
Individuele maatregelen
Arbovriendelijke hulpmiddelen voor de betonboorder met betrekking tot trillingen |